Iedereen is nu dakloos in zekere zin

Richard (61) uit Arnhem en Utrecht, al 20 jaar dakloos, verkoopt het Straatnieuws

Stelen of bedelen

Het einde. Met een totale lockdown zal ik in de stad waar ik rustig en veilig kan slapen, moeten gaan stelen. Ik kan dan niet meer reizen naar Utrecht voor mijn soep en brood. Ik moet toch eten. Of ik moet gaan bedelen. Maar er is niemand meer op straat en er lopen al zoveel mensen te bedelen. Om de zoveel meter een bedelaar helpt ook niet met de opbrengst. Misschien dat ik bij een super overgebleven brood kan halen. Ik denk er wel veel over na hoe dan op een nette manier aan mijn kostje te komen. Ik moet rekening houden met een NEE van een super. Die zijn ook niet gek, voor je het weet staan er dan honderd mensen te wachten bij sluitingstijd.

Wachten op een poortje

Ik leef zonder geld, heb 50 cent voor als ik erg nodig naar het toilet moet in het centrum van een stad. Ik reis zwart. Dat was makkelijk, gewoon achter iemand aan glippen door een poortje. Dat vraag ik niet vriendelijk, ik wil ze geen schuldgevoel aanpraten en niet betrekken bij wat ik doe. Nu is het vooral wachten tot er iemand door een poortje gaat. Ik wacht soms een kwartier tot een half uur, dat is vrij lang. En als het alarm afgaat, is direct duidelijk wie de oorzaak is, omdat het zo rustig is. De meeste conducteurs kennen mij en geven me onder normale omstandigheden een bekeuring. Nu niet zo, met die kans op besmetting. Ze kennen me bij naam. Nu zwaaien ze vriendelijk, op het perron maken we een praatje. Die mensen doen gewoon hun werk.

Het zal wel

De meeste daklozen zijn toch wat nonchalant en komen soms in een situatie waarin je je afvraagt: ‘is het nu niet beter om dood te zijn?’ Er is heel weinig vooruitzicht nu. Je leven staat stil, nee, er is achteruitgang. Schouders ophalen, zoals in de normale situatie als dakloze, is er nog steeds. Wat dat betreft verandert er niet zoveel. De eerste twee weken was iedereen vooral met zichzelf bezig. Maar het begint nu te komen, nu is er wel aandacht. Gelukkig, want wij zijn eigenlijk een extra kwetsbare groep. Maar de meeste daklozen hebben iets van ‘het zal wel.’

Met een bochtje om je heen

Op straat lopen is niet anders dan anders, want men houdt zich met name aan de RIVM-richtlijnen. Het is voor een bedakt mens misschien een beetje raar als iemand je tegemoet komt en dat ze dan met een bochtje om je heengaan. Iedereen is nu dakloos in die zin. Als dakloze voelt dat natuurlijk extra lastig. Je went daar aan, maar in het begin als je net dakloos bent, is het toch slikken, zo van ‘wat is er aan de hand’. Maar zelf maak ik dat zelden mee, ik zie er namelijk helemaal niet uit als dakloze.

Snotteren is normaal

Als je op straat loopt, loop je al zoveel risico. Ik ben nooit ziek. Wat snotteren is normaal als je buiten slaapt, vanwege de grote temperatuurverschillen waarin je dan leeft. Je lichaam kan die veranderingen niet zo snel aan. Maar ik maak me geen zorgen, want ik focus altijd al enorm op mijn gezondheid. Ik heb dan ook geen daklozenuitkering en geen ziekenfonds. Dezelfde dag nog naar een dokter als er iets is, gaat niet. Ik kan wel altijd naar de GG&GD en die verwijzen me dan door. Die artsenpost is helaas maar één keer in de week in dagopvang Herstart. Ik doe niet aan mondkapjes omdat ik in een betrekkelijk hoog isolement leef, altijd al.

Buiten slapen

Slapen doe ik nog steeds buiten. Ik wil niet omgaan met verslaafden en mensen met een psychische aandoening. Dat is niet veranderd. Nu is het eigenlijk zo dat ik dankbaar ben dat ik in mijn eentje buiten lig. Zo is het risico op besmetting kleiner dan wanneer ik slaap met een groep mensen die niet goed voor zichzelf zorgen, om wat voor reden dan ook. Buiten is het veiliger dan ooit. Plusfactor!

Soep en brood

Ik leef eigenlijk alleen maar van soep en brood bij dagopvang Herstart aan de Nieuwegracht. Er is nu helaas maar beperkte tijd dat je daar aanwezig mag zijn. Kop koffie, wat eten en douchen, daar heb je slechts 20 minuten de tijd voor. En er is strenge controle, na 20 minuten moet je weer naar buiten, en na een uur mag je terug komen of, als het dan toch heel rustig is, mag je weer naar binnen. Mensen houden goed afstand, het personeel en vrijwilligers zorgen daarvoor. Dat was in het begin moeilijk omdat je gewend bent om op een heel amicale manier met elkaar om te gaan. Het is even wennen dus en dat geeft ook weer stress. Vooral van personeel merk je dat ze proberen om alles luchtig en positief te benaderen.

Eind 2019 vertelde Richard over zichzelf in de videoserie ‘Als je dakloos bent’ van Straatnieuws Utrecht in samenwerking met DeNuk.nl.

 

Mensen als Richard hebben het in deze coronacrisis extra moeilijk. U kunt Straatnieuws Utrecht steunen door een donatie te doen, zodat zij anderen kunnen helpen! Elke euro gaat direct naar de verkopers.