Raúl (38) uit Mexico Stad (Mexico), werkt als adjunct-directeur bij het Mexicaanse Nationaal Instituut voor Geriatrie
Van Leiden naar Mexico City
Mijn naam is Raúl, ik ben een 38-jarige ouderenarts uit Mexico en alumnus van het masterprogramma aan de Leyden Academy on Vitality and Ageing, lichting 2013. Ik ben geboren en getogen in Mexico Stad en kwam hier terug na het behalen van mijn masterdiploma. Ik woon in het zuidelijke deel van de stad met mijn vriend, die onlangs bij mij is ingetrokken, en vier katten. Al snel na mijn terugkeer in Mexico ging ik aan de slag bij het Nationaal Instituut voor Geriatrie. Inmiddels ben ik adjunct-directeur voor epidemiologisch en geriatrisch onderzoek. Mijn belangrijkste onderzoeksgebieden zijn onder meer gezond ouder worden en de gezondheidszorg voor oudere mensen.
Mexico is hard geraakt
De COVID-19 pandemie heeft elk land ter wereld getroffen en vooral Mexico is hard geraakt. Tot op heden, 26 juli, zijn er in totaal 432.572 gevallen in het land bevestigd en 43.680 doden gevallen. Hiermee staat Mexico wereldwijd op de zesde plaats van landen met de meeste besmettingen en op de vierde plaats van landen met de meest gemelde sterfgevallen. Ons sterftecijfer van tien procent ligt veel hoger dan het wereldgemiddelde, we weten nog niet helemaal hoe dat komt. Overheidsfunctionarissen beweren dat het komt doordat overgewicht, obesitas, diabetes en hoge bloeddruk veel voorkomen onder onze bevolking. Dit kan wel kloppen, maar er moet ook rekening worden gehouden met het feit dat er heel beperkt is getest en dat de werkelijke sterfte nog wordt onderschat. Het gebrek aan goede zorg in de ziekenhuizen en het feit dat veel mensen pas laat toegang krijgen tot zorg kan zeker ook hebben bijgedragen aan ons relatief hoge sterftecijfer.
Thuiswerken
Toen de pandemie in een stroomversnelling kwam en de overheid iedereen opdroeg om binnen te blijven, werd het merendeel van het personeel van ons instituut naar huis gestuurd. Zelf heb ik van april tot en met juni een week op kantoor gewerkt en dan weer twee weken achter elkaar thuis. Thuiswerken is op veel plekken in de wereld heel normaal, maar in Mexico zag je dit alleen bij een paar bedrijven, vooral multinationals. In de publieke sector moesten we het thuiswerken dus snel leren. Voor onze onderzoeksafdeling betekende dit dat de meeste van onze projecten vertraging opliepen. Onderzoeken waarbij persoonlijk contact nodig was, veld- en laboratoriumwerk moesten zelfs worden gestaakt. Eén van de getroffen projecten was een beweegprotocol voor kwetsbare ouderen waar ik leiding aan geef. Gelukkig zijn de meeste van onze financiers begripvol en zijn de deadlines uitgesteld, ook voor mijn project.
Ouderen in verpleeghuizen
Een van de problemen die snel duidelijk werden toen COVID-19 Europa en de VS trof, is de kwetsbaarheid van de ouderen die in verpleeghuizen wonen. Deze populatie wordt niet alleen vaak meer getroffen door multimorbiditeit en een slechtere gezondheid in het algemeen, maar ze leven ook in nauw contact met anderen, zoals medebewoners en personeel, wat de risico vergroot op een snelle verspreiding met een hoge sterfte. Bij het Nationaal Instituut voor Geriatrie werd het ons duidelijk dat ouderen in de langdurige zorg in ons land een bijzonder hoog risico liepen en dat de overheid hier bij het bepalen van haar aanpak geen oog voor had.
Verpleeghuiszorg versnipperd
De verpleeghuiszorg in Mexico is versnipperd, ongeorganiseerd, niet-gereguleerd en losgekoppeld van het gezondheidszorgsysteem. Er zijn een paar publieke instellingen voor ouderen, maar de meeste verpleeghuizen zijn particulier. Het is zelfs niet bekend hoeveel ouderen in deze voorzieningen wonen; geschat wordt dat het gaat om minder dan één procent van alle oudere Mexicanen. Verpleeghuizen zijn de belangrijkste (zo niet de enige) vorm van langdurige zorg in het land. Het gebrek aan regulering leidt echter tot een enorme verscheidenheid in toelatingscriteria, organisatie, dienstverlening, zorgzwaarte, kwaliteit, veiligheid en kosten.
Aanbevelingen voor verpleeghuizen
Gezien deze kenmerken van de langdurige zorg in Mexico en het gebrek aan aandacht hiervoor van de autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de aanpak van COVID-19, hebben we ons als instituut ingezet om de verpleeghuizen in kaart te brengen en te ondersteunen. We hebben een team van onderzoekers en assistenten samengesteld onder leiding van onze algemeen directeur en zijn aan de slag gegaan. Op basis van internationale richtlijnen en publicaties hebben we een reeks aanbevelingen opgesteld om uitbraken van COVID-19 in Mexicaanse verpleeghuizen te voorkomen en te beheersen, we hebben lesmateriaal ontwikkeld en een online training gemaakt voor verpleeghuispersoneel. Die is onlangs gelanceerd en trekt al heel veel publiek.
Naar één landelijk register
Mijn belangrijkste bijdrage was het opzetten van een onderzoek om zicht te krijgen op de mate waarin verpleeghuizen in het hele land voorbereid waren op de COVID-19-pandemie. Dit bleek nogal een uitdaging, omdat er geen goed overzicht was van de verpleeghuizen in Mexico en we moesten putten uit verschillende registers en databases. Een eerste spervuur aan telefonische interviews en vragenlijsten per e-mail leverde meer dan 400 reacties op. In deze vragenlijst hebben we geprobeerd om de basiskenmerken van bewoners en personeel te bepalen en te beoordelen of er vóór de pandemie al een infectiepreventie- en controleprotocol bestond, en of er in reactie op COVID-19 nieuwe protocollen waren geïmplementeerd. We hebben ook geprobeerd om vast te stellen of de instellingen voldoende voorraden en faciliteiten hadden om de juiste zorg en bescherming te kunnen bieden bij verdachte of bevestigde gevallen van COVID-19. Op dit moment analyseren we de gegevens en proberen we één register voor verpleeghuizen in het hele land samen te stellen. In tweede instantie willen we dieper inzicht krijgen in hoe deze verpleeghuizen omgaan met COVID-19.
Nachtdiensten op de spoedeisende hulp
In dezelfde periode besloot ik om mij als vrijwilliger te melden bij het ziekenhuis waar ik ben opgeleid in de interne geneeskunde en geriatrie, en dat was omgebouwd tot kliniek exclusief voor COVID-19-patiënten. In juni en juli heb ik een aantal nachtdiensten gedraaid op de spoedeisende hulp. Dit was een opwindende, maar ook intense ervaring. Klinisch werk is altijd mijn grootste passie geweest en om weer te werken in het ziekenhuis waar ik ben opgeleid, voelde als thuiskomen. Mijn laatste dienst van juli zit erop tegen de tijd dat dit stuk wordt gepubliceerd. Ik verwacht dat ik dit dan niet langer kan combineren met mijn werk, maar het was een geweldige ervaring.
Voortdurend bezorgd
Voor mij persoonlijk betekende COVID-19 een grote emotionele uitdaging. De angst om ziek te worden via mijn werk was er vanaf het begin, zelfs vóór de nachtdiensten op de spoedeisende hulp, omdat ik ook in mijn praktijk als ouderenarts werk en vaak patiënten bezoek bij hen thuis en in het verpleeghuis. Mijn grootste angst was niet om zelf ziek te worden, maar om een van mijn dierbaren te besmetten met COVID-19. Behalve mijn vriend, broer en neven en nichten, zijn al mijn familieleden boven de zestig en sommigen hebben chronische ziekten. Ze zijn de quarantaine gelukkig redelijk goed doorgekomen, tot nu toe is iedereen nog gezond, ook mijn allerliefste 95-jarige opa. De eerste twee maanden van de quarantaine was ik voortdurend bezorgd. Dat binnen blijven hielp ook niet bepaald, ook al konden we (video)bellen. Het contact met mijn vrienden hield me nog een beetje op de been. Na een jaar in een Leids studentenhuis te hebben gewoond, heb ik nu vrienden over de hele wereld. Met een paar van hen heb ik nog heel hecht contact en we konden in de afgelopen weken onze ervaringen met de pandemie met elkaar delen.
Sluit vrede met COVID-19
Terwijl ik dit schrijf, denk ik aan de dagen die voor ons liggen. Het is nu wel duidelijk dat we nog lang, misschien wel jaren, moeten samenleven met COVID-19. Zelfs als we het geluk hebben een vaccin te vinden, duurt het nog even voordat de pandemie is beteugeld. We zullen moeten leren leven met het virus dat op de loer ligt. We zullen er vrede mee moeten sluiten. We moeten ons realiseren dat het risico zal blijven sluimeren, hoe voorzichtig we ook zijn. En we moeten er alles aan doen om onszelf, onze dierbaren en onze samenleving te beschermen. We zullen een beroep moeten doen op empathie en solidariteit om deze uitdaging te doorstaan.
To read Raúl’s story in English, please click here.