Jolanda (56) uit Oegstgeest
Vroedvrouw
Als dorps- en stadsverloskundige (ik noem mezelf ook nog graag vroedvrouw) geniet ik nog steeds van mijn werk. Wat is het fijn dat er in deze moeilijke omstandigheden nog ‘gewoon’ kinderen geboren worden. Het leven lijkt dan weer even zoals het was voor de corona-uitbraak. En wat ben ik blij met ons Nederlandse gezondheidszorgsysteem, er is zoveel goede zorg thuis en dichtbij huis te krijgen.
Thuis of in het ziekenhuis
Nog steeds hebben de vrouwen, mits zij niet met corona besmet zijn, de keuze: thuis of in het ziekenhuis bevallen. Wij zijn als vanouds op thuisbevallingen ingesteld, zowel logistiek als qua vaardigheden. Hoewel we ons in korte tijd hebben moeten bijscholen en aanpassen om de maatregelen behorend bij een pandemie toe te passen. We merken dat vrouwen die aanvankelijk persé niet thuis wilden bevallen, dit nu wel overwegen. We moedigen de aanstaande ouders aan om dát te doen waar ze zich veilig bij voelen, waarbij we vertellen dat de ziekenhuizen met hun verloskamers nog steeds open zijn en dat er voldoende capaciteit is. Zolang er voldoende gezonde hulpverleners zijn, zowel onder verloskundigen als kraamverzorgenden, klinisch-verloskundigen en gynaecologen, kunnen we de zorg blijven bieden.
Volledig ingepakt
Als een vrouw wel coronaklachten lijkt te hebben, komt ons speciale ‘corona-verloskundige-team’ in actie. Zij werken met persoonlijk beschermend materiaal, iets wat bij onze beroepsuitoefening heel ongewoon is. Dat geeft het beeld van de volledig ingepakte medisch zorgverlener, dat we nu zoveel in de media zien. Vrouwen die echt besmet en ziek zijn ten tijde van de bevalling wordt geadviseerd om opgenomen te worden en op een isolatiekamer in het ziekenhuis te bevallen. De ziekenhuizen in onze regio zijn hier goed voor uitgerust.
Echo zonder partner
De controles in de zwangerschap verlopen wel anders. De vrouw wordt gevraagd zonder partner naar de praktijk te komen. Ook bij het maken van een echo geldt dit. Dit vergt echt aanpassing van onze zwangeren en hun partners. Partners zijn heel geïnteresseerd en steunend tijdens een zwangerschap en komen vaak mee naar controles. Dat kan nu niet. Echt een gemis. Ook de fysieke ontmoeting tussen ons als zorgverlener en de zwangere is tot het minimale beperkt, het meeste gaat telefonisch. Juist dit aspect, het contact met elkaar, een vertrouwensband kweken, staat onder druk. Maar om positief te blijven: leve de moderne communicatiemiddelen zoals telefoon, beeldbellen en social media om informatie te delen.
Ogen en oren
Bij de bevalling zelf zijn zo weinig mogelijk mensen aanwezig, en ook in de kraamtijd is het de bedoeling dat er alleen ‘raambezoek’ en geen ‘kraambezoek’ komt. Dat er nu geen bezoek mag komen waarbij de kersverse ouders hun kindje kunnen laten zien aan hun familie en vrienden, is een hard gelag. Zelf herinner ik me nog toen ik mijn eigen kinderen kreeg, hoe heerlijk het was dat mijn ouders naar hun kleinkind kwamen kijken. Dat kan nu niet. Dit ter bescherming van de kraamvrouw, de kraamheer en hun baby. Maar ook ter bescherming van de kraamverzorgende. Wij gaan als verloskundigen zelf ook maar één keer langs. Normaliter komen we gedurende de week na de bevalling, om de dag. De rol van de kraamverzorgende die wel de hele week bij het gezin blijft, is van onschatbare waarde. Zij vormt onze ogen en oren, en moet signaleren als er extra zorg nodig is.