Jan (57) uit Oegstgeest, locatiemanager bij zorgorganisatie Amstelring
Smal pad
Sinds een paar weken is er een versoepeling in de coronamaatregelen in het verpleeghuis. Ook op de locatie waar ik locatiemanager ben. Er ontstaat een andere dynamiek. We moeten continu de balans opmaken tussen enerzijds de vrijheid van de bewoners en anderzijds vasthouden aan regels om het risico op besmettingen zo klein mogelijk te houden. Beide zijn zo ontzettend belangrijk, maar botsen in de dagelijkse praktijk. Dat smalle pad bewandelen mijn collega’s en ik ieder uur van de dag, bij iedere bewoner en bij iedere situatie.
Coronavrij
Sinds ruim een maand zijn we ‘coronavrij’, maar ik maak me geen illusies. We kunnen nog niet opgelucht ademhalen. Het heeft een enorme impact gehad op alle betrokkenen. Iedereen is zich ervan bewust dat ze het virus de locatie binnen kunnen brengen en wil dat koste wat kost voorkomen. Dat is een hele verantwoordelijkheid die logischerwijs angst met zich meebrengt. Als het virus naar binnen komt hebben WIJ het gedaan.
Slapeloze nachten
Ik begrijp die angst. Zorgverleners, bewoners en hun naasten hebben zoveel meegemaakt. Het werk in de ouderenzorg is de afgelopen periode niet makkelijk geweest. Zorgverleners hebben dingen gezien die je niet wilt zien en ze hebben dingen moeten doen die je niet wilt doen. Veel zorgverleners hebben in die periode, maar nu nog steeds, het gevoel de situatie niet onder controle te hebben. Ook ik heb slapeloze nachten gehad. De regels van het RIVM en kabinet konden zonder veel waarschuwing vooraf veranderen, er waren tekorten aan mondkapjes en beschermende kleding. We hebben echt ervaren hoe het is om achter in de rij van het zorgsysteem te staan.
Vrijheid versus controle
Nu, bij de versoepeling, zie ik dat zorgverleners zich vast proberen te houden aan de regels, dat geeft een gevoel van controle. Maar het hebben van regels in huis staat lijnrecht tegenover het hebben van vrijheid voor een bewoner. Met één pennenstreek is in deze crisis bepaald dat de vrijheid van bewoners enorm beperkt wordt. Dat vind ik heftig. Bewoners hebben ook het recht om risico’s te nemen voor dingen die zij belangrijk vinden. Iedereen, ook mensen met dementie, heeft het recht om te doen wat ze willen doen, te zijn wie ze willen zijn en te zien wie ze willen zien. Bewoners en naasten komen soms in opstand en dat geeft nare en soms hartverscheurende situaties. Het toepassen van regels lijkt makkelijk maar de praktijk is weerbarstig.
Aparte ruimte voor bezoek
Dat zien we nu terug bij de versoepeling, we mogen weer bezoek ontvangen. Bij binnenkomst krijgt de bezoeker een mondkapje op en krijgt diegene een gezondheidscheck. De bezoeker moet volgens de richtlijnen gelijk naar de kamer van de bewoner. Zorgverleners op de dementie afdeling voorzagen hier een probleem. Mensen met dementie kunnen onrustig worden en gaan dwalen. Voor de bezoeker is het dan heel moeilijk om op de kamer te blijven, die gaat achter de bewoner aan. Dat mag niet, volgens de richtlijnen mogen naasten niet in contact komen met andere bewoners. Daarom hadden de zorgverleners bedacht om een aparte ruimte voor bezoek te maken.
Dikke knuffel
Maar het pakt anders uit. Eén van de eerste bezoekers is de partner van een bewoner, ze zijn al 60 jaar getrouwd. Zij komt in de zaal waar haar partner en een zorgverlener zijn en het eerste wat zij doet is haar mondkapje af doen en haar partner een dikke knuffel geven. Na twee maanden elkaar weer zien, aanraken, voelen. Ze konden niet anders. Achteraf vertelde deze mevrouw dat ze het als enorm vernederend heeft ervaren dat ze niet in de vertrouwde omgeving van haar man mocht zijn er een zorgverlener bij zat, alsof ze gecontroleerd moest worden.
Geen schuldvraag
Dat raakt mij enorm. Het doet mij beseffen dat wij ondanks de goede bedoelingen, een grote inbreuk hebben gemaakt op de vrijheid van een bewoner en de naaste. Daar is geen schuldvraag. Het is een onmogelijke situatie, iedereen doet wat hij kan en het is allemaal zo nieuw dat we veel dingen voor het eerst moeten uitproberen. Dat kan niet anders. Deze gebeurtenis hebben we besproken in het team en we hebben besloten dat bezoek voortaan gewoon naar de kamer van de bewoner mag, zonder aanwezigheid van een zorgverlener.
Weer logisch nadenken
Ik ben ervan overtuigd dat het gesprek de enige manier is om hiermee om te gaan. Dat doe ik niet alleen, teamcoaches en kwaliteitsverpleegkundigen spelen daar een veel belangrijker rol in. Zij stemmen af met de zorgverleners: wat betekent deze versoepeling voor jullie? Hoe voelen jullie je erbij? Dan zie je langzaam het gevoel van angst naar de achtergrond verdwijnen en de ratio, het logisch nadenken weer naar voren komen. Want dat is het ook he, de kans dat iemand corona bij zich draagt is op dit moment 1 op de 10.000. Dus heel veel mensen hebben het virus niet.
Bewust tijd maken voor contact
Ik ben mijn eigen functie ook anders gaan beschouwen. Deze crisis heeft bevestigd hoe belangrijk het is om echt actief in contact te blijven met de mensen in de locatie, de zorgverleners maar ook de bewoners en naasten. Dat klinkt als een enorme open deur maar als je ziet wat je als locatiemanager op je bordje krijgt dan kan je het grootste gedeelte van je tijd ongelooflijk druk achter de computer in een achterafkamertje gaan zitten. Ik ruim nu elke week bewust tijd in om op de koffie te gaan en met elkaar te praten.
Maatwerk in samenspraak
De zorg is mensenwerk en helaas niet te vangen in standaard regels. Deze periode doet me meer dan ooit beseffen dat de zorg voor een bewoner teamwork is. Juist omdat alles zo snel verandert, is dat gesprek met elkaar cruciaal. Ik ben wekelijks in gesprek met de OR, de cliëntenraad, de teams, bewoners en naasten. We moeten snel signaleren, improviseren en snel keuzes maken. Maatwerk kan alleen in samenspraak. Er was bij werkelijk iedereen een enorme behoefte om te kunnen bijdragen.
Contrast binnen en buiten
Ik hoop dat de komende maanden bewoners en de naasten weer echt kunnen genieten van elkaar en de ruimte ervaren om te doen wat ze belangrijk vinden. Elkaar weer zien en voelen, daar is een enorme behoefte aan. Het contrast tussen binnen en buiten de verpleeghuizen wordt steeds groter. Mensen houden in de supermarkt nauwelijks nog afstand, spreken met elkaar af, zitten op het terras.. Die tegenstelling is voor veel mensen moeilijk te begrijpen en dat zorgt voor spanning. In het verpleeghuis zal het nog wel even duren voordat het weer normaal wordt, denk ik.