Ik wist niet dat Nederlanders zo ontzettend familieziek zijn

Gerda (73) uit Epse, Gelderland

Foto: Roelof Lenten

Serieuze aangelegenheid

In februari ben ik voor mijn stichting Wiesje naar Suriname vertrokken. Daar openden we op 28 februari een dagbestedingscentrum voor mensen met dementie. Op 5 maart kwam ik terug en kort daarna was corona een serieuze aangelegenheid: we moesten thuisblijven. In een paar dagen tijd realiseer je je dat het om een situatie gaat die de hele wereldbevolking raakt en waar ook ik onderdeel van ben.

Kosmisch geheel

In de eerste dagen van maart was ik wat ontregeld. De informatie die ik kreeg kwam als druppels uit een kraan bij mij naar binnen: patsss patsss patsss … Elke druppel was een verhaal dat tot je kwam. Er waren waarschuwingen, mooie slogans op video en er werden prachtige liederen gemaakt. We waren een kosmisch geheel geworden. Ik ging bij mezelf na: Waar ben ik van ontregeld? Omdat er een gebrek aan tegenspraak is? Omdat ik ongerust ben over het vervolg? Want al het werk dat ik had was opeens foetsie.

Stilstaan en zoeken

Ik heb mijn ongerustheid aangepast naar de omstandigheden waarin ik mij bevond. Normaal stond ik altijd rond 7 uur naast mijn bed, want ik moest sporten en dit doen en dat. Het moest allemaal. Opeens ontdekte ik dat ik niets hoefde. Halelu! En er was niemand die mij dat kwalijk nam. Ik heb wat dat betreft deelgenomen aan dat wat ik uiteindelijk ‘De beproeving van de wereld’ noem. We moesten stilstaan en zoeken naar een innerlijke reflectie.

Precies 100 jaar

Ik heb gemerkt dat mijn medisch onderricht wanneer het gaat om bacteriën en virussen ineens zo’n loop, nee een enorme vaart heeft genomen. Op geen enkele manier kon ik ontkomen aan de kennis die over mij heen werd gestrooid. We hebben samen Moeder Aarde vertrapt. We hebben niet op het trottoir gelopen, nee we liepen midden op de weg en hebben alles vertrapt. En zij vraagt nu om gerechtigheid. Bij jezelf naar binnenkijken vraagt energie. Dat is niet iets wat zomaar gebeurt. Ik verdien het als persoon om voor mijzelf eerlijk te zijn. Hoe heb ik me opgesteld in mijn leven? Wat is mijn kennis van de historie van deze wereld, van de kosmos, het universum …? Wat zijn alle gebeurtenissen die geweest zijn? 100 jaar geleden hadden we Spaanse griep, 200 jaar geleden was er iets en 300 jaar geleden ook. Het is telkens precies 100 jaar. Het overgrote deel van ons is nog geen 100 dus we hebben allemaal in de korte tijd dat we leven iets met het leven gedaan: we hebben erop los geleefd. We zijn misschien het leven tot last geweest.

Schrikkeljaar

Mijn persoonlijke pad is er een vol hindernissen in de laatste jaren van mijn leven en ik had niet verwacht dat deze er nog bij zou komen. Ik ben opgevoed met: ‘Pas op, er komt een schrikkeljaar aan.’ En dat heb ik in december ook telkens gezegd. Het heeft mij gebracht dat ik niet horend doof en niet ziende blind ben, maar gewoon alert. Ik ben niet angstig voor corona, ik ben niet bang, ik ben gewoon voorzichtig. Mijn omgeving heb ik daarin meegenomen en de afgelopen maanden van alles aangepakt.

Familieziek

Mijn echtgenoot verjaarde en voor hem heb ik een defilé georganiseerd. Hij zat op z’n “troon” -een mooi versierde stoel- familie, vrienden en buren reden, fietsten of liepen langs, pakten iets lekkers van de tafel en mijn echtgenoot zwaaide. Vele mensen hadden in deze tijd iets te vieren en hebben daar een passende oplossing voor gevonden. Ik vind het behoorlijk klagerig dat mensen voor het raam gingen staan en zwaaien. Dat ze klaagden: ‘Ik kan mijn ouders niet zien, ik kan niet naar mijn moeder.’ Je wilt toch dat je moeder langer leeft? Ik begrijp dat klagen niet. Inmiddels woon ik bijna 53 jaar in Nederland en wist niet dat Nederlanders zo ontzettend familieziek zijn. Ik heb altijd gehoord: ‘Oooo, kerst weer en dan dat weer.’ En nu bleek toch dat er een grote liefdeskrans was naar alles waar men naartoe wilde. Ik probeerde inventief te zijn en me niet te onttrekken aan de werkelijkheid, maar er iets mee te doen. Naar tevredenheid blik ik terug op de afgelopen maanden, ondanks het feit dat ik af en toe vrij bedroefd was bij de gedachte ‘Dit hoort dus ook nog op mijn pad thuis.’

Trots op de overheid

Buitengewoon trots ben ik op Nederland, op de overheid. Ze hebben het heel goed aangepakt en ik zou willen dat het stand houdt. Dat gevoel heb ik nu niet. Het lijkt alsof ze zich laten overdonderen door het weeklagen van de hele massa en nemen overhaaste besluiten. Dat vind ik jammer. We moeten met open en eerlijke ogen kijken naar de leiders, naar hoe zij het doen. We willen toch niet vervallen in een samenleving die sociaal of economisch instort? Nee, dat geloof ik niet, niemand wil dat. Deze situatie vroeg van iedereen: loyaal zijn met, naar en voor elkaar!