Ik kijk naar de was om te zien hoe het met mijn man gaat

Corrie (76) uit Amsterdam, vrijwilliger, mantelzorger voor haar man die in het verpleeghuis woont

Verjaardag

Gisteren was het mijn man Theo zijn verjaardag. We wonen apart van elkaar. Ik hier op onze woonboot en hij woont al enige tijd in het verpleeghuis omdat hij dementie heeft. Het ging niet meer thuis. Mijn zoon Harold zingt normaal gesproken op feestjes en partijen en hij stelde voor dat hij ook voor Theo zou zingen op zijn verjaardag, in de achtertuin van het huis. In eerste instantie dacht ik, zal ik het wel doen? Misschien wordt dat een beetje teveel of is het gevaarlijk met al die mensen bij elkaar. Maar ja, voor Theo is het hartstikke leuk en na overleg met mijn dochter en de zorginstelling hebben we het toch gedaan. En fantastisch dat het zo is gegaan!

Dankjewel maatje

De zorgverleners hadden het maandag in de ochtend al zo leuk gedaan; de tafel gedekt met zijn kaart en cadeautjes en het heel leuk verzorgd! Voordat mijn zoon ging zingen in de binnentuin, hadden ze de deur en gordijnen dicht gelaten om voor een echte verrassing te zorgen. Toen ging mijn zoon ‘Happy birthday’ zingen, de deur ging open en Theo kwam naar buiten. Eerst hij alleen samen met de zorg, al luisterend naar de muziek en met zijn handen omhoog. Hij wist niet wat er precies aan de hand was. Theo ging tegen de leuning van het balkon staan, keek naar beneden en wees met zijn hand zo naar Harold, gaf daarmee aan dat hij het zag. Dat was zo mooi! Het was ook zo leuk! Hij heeft zo genoten. Heel de afdeling, alles was naar buiten gekomen. Ondanks alles, en dat het best een beetje emotioneel was, hebben we ontzettend genoten. Na een half uur was het afgelopen en deed mijn zoon nog één liedje, maar iedereen riep en vroeg of hij nog even door kon gaan, zo’n feest! Het was een hele verrassing. Nadien stonden we de spullen in te pakken en was iedereen, behalve Theo, weer naar binnen gegaan. Terwijl Harold zijn installatie inpakte, zei Theo ‘Dankjewel maatje’ en dan… daar was de oude Theo weer even terug. Wat er dan door je heen gaat… dan denk je bij jezelf: waarom kan hij niet thuis zijn?

Uit handen geven

De afgelopen tijd was vreemd, heel vreemd. Je kan er niet naar toe, dat is echt moeilijk. Je hebt echt van die momenten en dat zijn moeilijke momenten. Als je man naar het verpleeghuis gaat, dan moet je al heel wat uit handen geven, maar nu moet je alles uit handen geven. Ik hou me er wel groot over, zeg ‘het valt allemaal wel mee’, maar je weet zelf dat je dat dan zegt tegen beter weten in. Je voelt je gewoon machteloos. In het begin viel het mee, je denkt je komt er wel door. Het zal wel loslopen. Maar dan hoor je alle berichten. Je staat letterlijk en figuurlijk op afstand. Het was ook zo abrupt. Op woensdag was ik nog geweest. Ik dacht dan ga ik vrijdag weer… Maar van de ene op de andere dag mocht ik niet meer komen. En dat dan aan zijn verstand brengen, dat je niet meer kan komen. Het duurde eerst nog een paar dagen voordat ik hem aan de lijn kreeg, en voordat hij het begreep… Nu begint hij het ook te snappen.

Doodeng

In het huis heeft één persoon het gehad en die is overleden. Een ander had ook verschijnselen maar dat was toch gewoon een griepje. Dat was dood- en doodeng. Ik wilde op zondag de was brengen en ik stelde 12.15 uur voor. Toen zei de verpleegkundige, nou dat komt me niet zo goed uit, want ik sta alleen op de twee huisjes. Er was er eentje ziek gemeld, dus dat betekent dat zij alleen stond over de twee huiskamers. Toen dacht ik wel bij mezelf, je moet ook die mevrouw met corona helpen? Ze hebben dan wel beschermende kleding, maar dan ga je weer terug naar de huiskamers? En ze hebben geen hele kapjes, alleen mondkapjes. Dan vind ik het wel eng. Als Theo wat zou gebeuren, dan… ja, dat overleeft hij niet. Hij heeft toch overgewicht en als hij op zijn buik moet… Dus dan hoop je maar. Daar heb ik een paar nachten niet behoorlijk van geslapen. Gelukkig is er nu niemand meer met corona.

De was

Je kijkt nu naar de was om te zien hoe het met hem gaat. Je krijgt dat tasje met was en dan tel je: 1 paar sokken, 1 overhemd? Dat kan niet in drie dagen… Hoe loopt hij erbij? Wordt hij wel voldoende gedoucht? Of wast hij zichzelf? Gaat dat wel goed? Het klinkt zo gewoon, maar je maakt je dan zorgen. Als je dan weer contact hebt en het gaat goed, dan ben je weer even opgelucht. Maar die onwetendheid, dat is echt, echt lastig. Laatst belde ik aan voor de was. Ik stond daar tien minuten te bellen, maar niemand kwam. Uiteindelijk kwam er iemand naar beneden. Ze vertelde me dat ze eigenlijk een sigaretje wilde gaan roken, maar liep toch terug naar boven om de was van Theo te halen. Toen hoorde ik haar roepen bij het raam en had ze Theo bij het raam gelaten. Met het raam open, zodat ik toch even met hem kon praten. Dat was zo lief, dat doet je dan weer goed dan ga je toch met een goed gevoel naar huis. We bespraken geen bijzondere dingen. Gewoon ‘Oh fijn dat ik je zie’ en ik vroeg hem ‘Wat heb je gedaan vandaag?’ ‘Vanalles en niks’ zei hij, in plaats van ‘Van alles en nog wat’, dat vond ik grappig. Je probeert wel een gesprek te hebben. Op een gegeven moment zei hij: ‘Ja, maar ik mag niet naar je toe’. ‘Nee’, zei ik, ‘maar ik mag ook niet naar jou toe. Ik krijg thuis ook niemand. Dan staan we quitte.’  ‘Oh’ zei hij, ‘dat is ook niet leuk voor je.’ Toen werd het hem geloof ik wat teveel en zei hij: ‘Ga je naar huis? Doe je wel voorzichtig?’ Dan krijg je wel tranen in je ogen. Dan zit je in de auto en dan moet je even bijkomen. Maar het lukt me wel, ik zet me er wel overheen. Zo zit ik nu eenmaal in elkaar.

Aanrommelen

Van de week heb ik in de tuin gewerkt, een kast leeggehaald en op het terras genoten van het weer met een puzzelboekje. Ik beeldbel nu regelmatig met Theo. Sinds afgelopen weekend hebben ze daarvoor software geïnstalleerd. Dan krijg je een linkje die je naar een website leidt om een tijd te reserveren. Je kan dan 20 minuten met hem beeldbellen. Het duurde even voordat ze dat geregeld hadden, eerst liep dat allemaal via de zorg en dat was wel lastig. Dit is wel fijn. Morgen kan ik weer met hem beeldbellen. Ik bel ook veel met mijn kinderen, FaceTime of gewoon bellen, dat gaat prima. Vrienden en kennissen bellen ook regelmatig. Ik red me wel en rommel lekker aan, ik blijf gewoon doen en ga door, dat komt wel goed.